Overtuigingskracht (1)

Situatie: Het concrete moment dat deze competentie zichtbaar is geworden, was tijdens de conclusie van de wervingsanalyse. Hierbij betrokken waren Marja van Duijvenvoorde en ikzelf. Het doel was om Marja ervan te overtuigen dat mijn wervingsanalyse juist was en dat ze op die manier haar klanten moest gaan werven.
Taak: Het was mijn taak ten aanzien van de competentie om Marja te doen inzien dat haar klanten beter op een andere manier geworven konden worden. Van mij werd ten aanzien van de competentie verwacht dat ik Marja daartoe kon overhalen, zodat mijn ideeën omtrent de werving gebruikt werden.
Activiteit: Om deze situatie ten aanzien van mijn competentie aan te pakken ben ik begonnen met het verzinnen van argumenten. Daarna heb ik die op een zo helder mogelijke manier geformuleerd. Ook heb ik er de bronnen en naslagwerken bij gezet. Als laatste heb ik die aan Marja laten lezen, en heb ik deze argumenten (zover nodig) verdedigd.
Resultaat: Het resultaat van mijn actie is dat ik Marja heb overtuigd van mijn gelijk. Daardoor is mijn wervingsplan in gebruik genomen.
Terugkoppeling: Ik vond dat ik het goed heb aangepakt: de hele conclusie met argumenten netjes onder elkaar zodat het een overzichtelijk geheel bleef. Ik denk dat dat een van de redenen is geweest waarom Marja zo snel akkoord ging. De volgende keer zou ik het daarom weer op dezelfde manier aanpakken.